Het federale regeerakkoord voorziet nochtans in een verplichte gemeenschapsdienst van 2 halve dagen per week voor langdurige werklozen. De federale overheid zal het regelgevend kader scheppen voor deze gemeenschapsdienst en met de gewesten hierover samenwerkingsakkoorden sluiten. Maar het zijn uiteraard de gewesten die instaan voor de actieve begeleiding van werkzoekenden en dus ook voor de organisatie van de gemeenschapsdienst. Het doel van gemeenschapsdienst is om langdurig werklozen (meer) aansluiting te doen vinden bij de maatschappij en de arbeidsmarkt, onder meer door het opbouwen van competenties en arbeidsritme, sociale contacten, eigen talenten en interesses ontdekken,..
Tijdens de commissie van Economische Zaken en Tewerkstelling van het Brussels Hoofdstedelijk Parlement op 6 november, ondervroeg Cieltje de bevoegde minister Didier Gosguin opnieuw. Hij verschuilde zich achter het weinig vindingrijke antwoord dat “Wat de Brusselse regering betreft kunnen wij u enkel verzekeren dat een dergelijk project geen deel uitmaakt van het Brussels regeerakkoord."
Geen wonder eigenlijk, de regering maakt niet eens werk van gewone activering, laat staan dat verplichte activering wordt ingevoerd. Dat er geen verplichte gemeenschapsdienst wordt voorzien vanuit het gewest is een gemiste kans. Helemaal schrijnend is echter dat de regering verder ook niet naar een alternatief zoekt om langdurig werklozen opnieuw te activeren in de maatschappij. Dit duidt nogmaals op een verontrustend gebrek aan ambitie van deze linkse benoemingsregering.