
Vlaams minister van Brussel en Media

850 extra kinderopvangplaatsen in Brussel: Vlaanderen investeert gericht in jonge gezinnen
Vlaanderen investeert fors in de uitbreiding van de kinderopvang. In Brussel alleen al komen er 850 extra opvangplaatsen bij. Zo wordt tegemoetgekomen aan de grote nood aan kwalitatieve en betaalbare kinderopvang in de hoofdstad.
450 inkomensgerelateerde plaatsen voor jonge gezinnen in Brussel
Een belangrijk deel van de uitbreiding gaat naar 450 inkomensgerelateerde plaatsen in Brussel. Deze plaatsen zijn specifiek gericht op jonge gezinnen en bieden opvang aan een tarief dat aangepast is aan het inkomen.
“We investeren doelgericht in jonge Brusselse gezinnen en in een sterk Nederlandstalig opvangaanbod,” zegt Vlaams minister Cieltje Van Achter. “Dat is essentieel in een grootstedelijke context, waar ouders nood hebben aan opvang die betaalbaar is, dicht bij huis ligt en in de eigen taal gebeurt.”
De uitbreiding is onderdeel van een bredere hervorming van het Vlaamse kinderopvangbeleid, dat inzet op drie grote krachtlijnen: prijs, plaats en personeel. Door meer plaatsen te creëren en opvangorganisaties te versterken, wordt het ouders opnieuw mogelijk gemaakt om hun gezinsleven te combineren met werk of opleiding.
Ook 400 nieuwe plaatsen met basissubsidie
Naast de inkomensgerelateerde opvang worden er in Brussel ook 400 nieuwe plaatsen met basissubsidie voorzien. In deze opvanginitiatieven bepalen de organisatoren zelf de ouderbijdrage. “Elke extra plaats telt,” benadrukt Van Achter. “In een regio waar de vraag het aanbod overstijgt, moeten we elke opportuniteit benutten.”
6 miljoen euro voor infrastructuur in Brussel
Tot slot voorziet Vlaanderen ook 6 miljoen euro aan infrastructuursubsidies specifiek voor Brussel. Dat geld dient onder meer voor de bouw of renovatie van opvanglocaties, zodat ook de kwaliteit van de infrastructuur hand in hand gaat met de groei van het aanbod.
“Dankzij deze gerichte investeringen maken we de kinderopvang in Brussel toegankelijker voor elk kind. We zorgen voor concrete oplossingen op het terrein en geven ouders opnieuw ademruimte,” besluit Van Achter.
